Contacteer ons of spring binnen op Raas van Gaverestraat 67b in Gent.

Ontdek onze groepsbegeleidingen, en evenementen.

Het laatste nieuws en interessantste weetjes over de wereld van adoptie.

Ontdek een hulpverlener bij jou in de buurt via deze handige adoptiekaart.

Wil je meer weten?

Hier vind je meer informatie over uiteenlopende thema's zoals belang van het kind, specifieke ondersteuningsbehoeften, nazorg, opvoeding, identiteit en herkomst.

Sociale ongelijkheid en wanpraktijken:

  • Paper over discours van transnationale adoptie in Vlaanderen (2015)
  • Samenvatting onderzoek: Van primal naar colonial wound (2020)
  • Samenvatting onderzoek: Psychosociale impact van wanpraktijken op geadopteerden en adoptieouders (bevraging) (2021)
  • Samenvatting onderzoek: Psychosociale impact van wanpraktijken op betrokkenen (literatuurstudie) (2021)

Bekijk alles

Samenvatting onderzoek: Psychosociale impact van wanpraktijken op geadopteerden en adoptieouders (bevraging) (2021)

In juli 2019 stelde de Vlaamse Regering een expertenpanel samen om onderzoek te voeren naar interlandelijke adopties uit het verleden en om beleidsaanbevelingen te formuleren. Op 2 september 2021 publiceerde het expertenpanel interlandelijke adoptie haar eindrapport en vier deelrapporten.

Hieronder vind je een samenvatting van het deelrapport ‘Wanpraktijken bij transnationale adoptie – rapport bevraging geadopteerden en adoptieouders’. Het volledige deelrapport door Niels Vanspauwen, dr. Jasmina Sermijn & prof. dr. Gerrit Loots lees je hier.

Hoe beschrijven geadopteerden en adoptieouders in Vlaanderen de psychosociale impact van wanpraktijken bij transnationale adoptie? Welke noden en behoeften omschrijven deze betrokkenen?

Om hierop een antwoord te bieden, deden de onderzoekers een kwalitatief onderzoek bij 12 geadopteerden en 8 adoptieouders. Ze namen collaboratieve interviews af tot bijkomende gesprekken weinig tot geen nieuwe inzichten meer gaven. De interviews werden vervolgens thematisch geanalyseerd.

Beschrijving van wanpraktijken

De onderzoekers onderscheidden vijf categorieën van wanpraktijken. Vaak meldden de deelnemers een combinatie van wanpraktijken. Het ging om:

  1. Financiële uitbuiting (bv. onverklaarbare hoge kosten voor de adoptieprocedure, uitwisseling van geld onder verdachte omstandigheden in het land van herkomst)
  2. Identiteitsvervalsing (bv. foutief opgegeven worden als wees, tegenstrijdige geboortedata, identiteitsverwisseling, gebruik van verzonnen namen)
  3. Ontbreken of achterhouden van informatie (bv. ontbreken van medische informatie, ontoegankelijkheid van het eigen adoptiedossier wegens administratieve of juridische drempels)
  4. Adoptie zonder toestemming, vervalsen van toestemmen en ontvoering (bv. vervalsen van handtekeningen in het kinddossier, eerste ouders die onder druk toestemmen in adoptie)
  5. Nalatigheid en wantoestanden bij Vlaamse diensten (bv. gebrek aan ondersteuning in het kader van wanpraktijken, onrealistische beloftes aan adoptieouders inzake hun adoptiemogelijkheden)
Psychosociale impact van wanpraktijken

De onderzoekers stelden vast dat wanpraktijken effecten hebben op 3 psychosociale domeinen: de identiteitsbeleving, het emotioneel welbevinden en de relaties.

Identiteitsbeleving

(a) Wie ben ik?: Het gebrek aan informatie over de eigen herkomst of toegang daartoe, bemoeilijkt de constructie en beleving van de eigen identiteit.

Voorbeeld: 'Je hebt die informatie nodig over jezelf, als je niet weet waar je van komt dan weet je toch ook niet in welke richting je uit wilt gaan.'

(b) Het idee van afgestaan te zijn, omdat ouders niet langer in staat waren om voor hen te zorgen, kan een antwoord zijn op het gebrek aan informatie, maar ook een bron van ambivalentie en twijfels. Bij de vaststelling van wanpraktijken komt dit idee verder onder druk te staan.

Voorbeeld: ‘Als je dan ouder wordt, dan zit je toch meer met die vraag van, waarom ben ik opgegeven? Was ik niet goed genoeg?’

(c) Zoeken naar jezelf: De vaststelling van wanpraktijken bij de eigen adoptie kan het bestaande identiteitsverhaal door elkaar schudden en aanleiding geven tot een identiteitscrisis. Het kan aanzetten om te zoeken naar nieuwe informatie en een identiteit na te streven die als volledig aanvoelt.

Voorbeeld: ‘Ik ben eigenlijk twee personen. Oftewel ben ik vrijwillig afgestaan, oftewel ben ik ontvoerd geweest. Die onzekerheid is verschrikkelijk om te dragen.’

(d) Vinden van jezelf: Het ontdekken van de waarheid kan een bron van pijn zijn, maar ook de mogelijkheid tot een meer positieve zelfbeleving bieden, waarbij de nieuwe kennis geïntegreerd wordt in het eigen verhaal.

Voorbeeld: ‘Ik heb ontdekt dat ik wel door mijn moeder geliefd was. Ik heb mij altijd zo ontzettend ongeliefd gevoeld.’, ‘Ik heb dan ontdekt dat mijn eerste ouders gelogen hebben om mij af te staan. Dat was hard voor mijn zelfwaarde, maar ik weet nu wat er gebeurd is. Ik voel dat ik meer tot rust ben gekomen.’

(e) Recht op identiteit: De wanpraktijken in transnationale adoptie worden gezien als daden die het recht op identiteit wegnemen en bijgevolg ontmenselijken. Verschillende participanten beschouwen zichzelf als slachtoffers van kinderhandel.

Voorbeeld: ‘Dat kan toch niet dat ik gewoon verwisseld ben geweest met een ander kind? Dat word je toch niet meer als mens benaderd?’

Emotioneel welbevinden

(a) Trauma: Verschillende participanten brengen trauma in verband met ervaren wanpraktijken zoals een ingrijpende scheiding van de eerste ouders of verwaarlozing in kindertehuizen. Een gebrek aan informatie maakt het moeilijk om emotionele en lichamelijke reacties te verklaren.

Voorbeeld: ‘Ik heb echt een paniekaanval gekregen. Er werd op dat moment iets getriggerd. Ik denk dat mijn onderbewuste terugging naar de situatie dat mijn vader mij wegbracht.’

(b) Hechting en verlatingsangst: Wanpraktijken blijken ook een effect te hebben op de gehechtheid van geadopteerde kinderen. Sommige deelnemers leggen een link tussen wanpraktijken en het wantrouwen en de angst in de kindertijd. Bij anderen blijft een tekort aan inzicht over de oorzaak door een gebrek aan informatie, wat ook moeilijkheden in de gehechtheid kan geven.

Voorbeeld: ‘Mijn adoptiedossier is lang verstopt gebleven, ik wist gewoon niet wie ik zelf was. Het is daarom moeilijk voor mij om mensen in het begin te vertrouwen. Dat vraagt tijd voordat ik mezelf laat zien.’, ‘Pas toen ik doorhad vanwaar mijn pijn kwam, ben ik met mijn hechting aan de slag kunnen gaan. Voordien zag ik de patronen van mijn relatiebreuken niet.’

(c) Rouwervaring: Sommige deelnemers rapporteren een gemis aan bewuste erkenning van hun rouwbeleving. Daarnaast kan een tekort aan informatie het rouwen bemoeilijken.

Voorbeeld: ‘Ge wordt daar weggehaald. Niemand ziet dat als een breuk, ze hadden geen ook naar mij toe voor dat gevoel van rouwen.’, ‘Want niemand kan bevestigen dat ze er nog is of niet. Dus ge kunt ook niet rouwen als in, ge kunt ook niet afgesloten rouwen.’

(d) Ongedefinieerd lijden: Verschillende participanten ervaren een tekort aan kaders, taal en gebrek aan (h)erkenning die hen helpen om zichzelf te begrijpen. Ze beschrijven een innerlijke onrust die leidt tot negatieve emoties, maar die tegelijk ontglipt aan de bewuste aandacht. Dominante discoursen over adoptie die circuleren in onze samenleving (bv. dankbaar zijn dat je geadopteerd werd) werken hierbij verstikkend.

Voorbeeld: ‘Uw onderbewuste is continu aan het schreeuwen, maar uw bewustzijn kan dat niet woorden brengen.’

Relaties

(a) Ontnomen relaties en verbinding: Meerdere geadopteerden benoemen de impact van wanpraktijken in termen van relaties die hen ontnomen zijn. Niet alleen met de eerste ouders en andere leden van de gemeenschap van herkomst, maar ook met de bredere context.

Voorbeeld: ‘Ge neemt die kinderen niet alleen weg bij die mama of die papa; maar ook het land. Al uw DNA wat in u zit. Dat is ook het DNA van verschillende van uw voorouders.’

(b) Relationele effecten in adoptiegezin: Wanpraktijken kunnen de relaties in het adoptiegezin onder druk zetten. Gevoelens van loyaliteit, schuld en twijfel bij de geadopteerden en/of adoptieouders kunnen relaties bemoeilijken.

Voorbeeld: ‘Ik wil loyaal zijn aan mijn adoptieouders. En ge ziet dat ergens als verraad. Ik wou ze absoluut geen pijn doen. Ik wist niet goed hoe ik ze moest zeggen dat mijn adoptie een ontvoering was.’, ‘We twijfelen aan de correctheid van de adoptie, maar we hebben geen bewijs. Ik wil mijn kind niet onnodig pijn doen, het gaat zo goed ermee. Het feit dat ge daar met uw kind niet open over kunt zijn, dat is pijnlijk. Ik zou willen dat ik oprechter kon zijn.’

(c) Intergenerationele effecten: De wanpraktijken kunnen ook effecten hebben op de volgende generaties. Het idee om eigen kinderen te krijgen en het ouderschap roept voor sommige geadopteerden vragen en onzekerheden op. Het feit dat hun herkomst ontnomen is, wordt door sommigen als een onrecht gezien ten aanzien van de eigen kinderen en kan gepaard gaan met schuldgevoelens.

Voorbeeld: ‘Mijn ontbrekende herkomst, dat is ook de familie van mijn dochter. De zoektocht naar mijn herkomst kost te veel geld. Het voelt alsof ik ook haar geschiedenis afneem.’

(d) Bredere sociale relaties: Doordat de algemene opvattingen van vrienden, kennissen of vreemden over adoptie niet overeenkomen met de eigen ervaring van wanpraktijken, voelen verschillende deelnemers zich weinig erkend. Ze ervaren dat ze hun verhaal moeten legitimeren om gehoord en begrepen te worden.

Voorbeeld: We moeten ons altijd verantwoorden. We moeten altijd ons verhaal doen, en ge moet geloofwaardig over van, alle ja, wat vertelt gij nu? (…) Je moet bijna smeken dat ze jou geloven, dat kost zo veel energie.’

Noden en behoeften

De onderzoekers concluderen volgende aanbevelingen op basis van de kwalitatieve interviews met de geadopteerden en adoptieouders:

  1. Toegang tot kwaliteitsvolle dossiers: correct en volledig
  2. Bieden van juridische ondersteuning bij onvolledige, onjuiste en ontbrekende dossiers
  3. Bieden van praktische, financiële en psychologische ondersteuning in de zoektocht naar informatie
  4. Bieden van praktische, financiële en psychologische ondersteuning bij familiereünies
  5. Voorzien in neutrale en langdurige nazorg en ondersteuning door neutrale diensten
  6. Voorzien in financiële bijstand door psychologische hulpverlening op niveau van geadopteerde, adoptieouders en gezinnen
  7. Investeren in de uitbouw van lotgenotencontact
  8. Politieke en publieke erkenning van de wanpraktijken
  9. Oprichten van en investeren in een onpartijdig meldpunt voor de preventie van wanpraktijken bij (trans)nationale adoptie

Noot:

  • Het Afstammingscentrum is actief sinds april 2021 en is een onafhankelijk centrum waar iedereen met vragen over de eigen afstamming terechtkan.
  • Via a-Buddy kunnen geadopteerden met een geadopteerde buddy chatten (elke maandag en woensdag tussen 20-22u), een vaste buddy aanvragen of naar activiteiten komen voor en met geadopteerden.
  • Geadopteerden en adoptieouders kunnen terecht bij de nazorgmedewerkers van het Steunpunt Adoptie voor gratis, individuele nazorgbegeleiding.

Bron: Vanspauwen, N., Sermijn, J., & Loots, G. (2021). Wanpraktijken bij transnationale adoptie. 2. Rapport bevraging geadopteerden & adoptieouders.

Tekst: Kristien Wouters